Chantal Buster is initiatiefneemster van Stichting Jong Zwijndrecht. Samen met jonge Eritrese moeders organiseerde ze een barista-cursus als opstapje naar betaald werk.

“In de zomer van de eerste lockdown hoorden we dat veel mensen niet op vakantie gingen. We hebben toen een aantal leuke activiteiten georganiseerd voor zowel Nederlandse als Eritrese gezinnen uit Zwijndrecht. Een groepje jonge Eritrese moeders bleef vervolgens een beetje ‘hangen’: ze hadden gedurende de zomeractiviteiten veel vertrouwen in ons gekregen en waren op zoek naar mogelijkheden om via vrijwilligerswerk door te groeien naar betaald werk.

Daarvoor waren twee dingen noodzakelijk: de Nederlandse taal beter machtig worden en een vaardigheid leren. Wij hebben dat gecombineerd in een opleiding tot gastvrouw waarbij de moeders, dankzij een bijdrage van Wijdoenmee, onder andere een barista-cursus kregen. Het leuke is dat koffie enorm verweven is in de Eritrese cultuur, dus met hun kennis over het ook zo typische Hollandse ‘bakkie’ zat het al goed.

Geen tolk 
Van mei tot aan november vorig jaar, hebben we vervolgens samen met deze groep vrouwen een pop-up deelcafé de Lunenhof opgezet bij de kinderboerderij Kiboehoeve. Maar eerst moesten ze zich het barista-vak eigen maken. Dat hebben we gedaan door middel van plaatjes en bewust niet met een tolk erbij. Een tolk kan dingen soms zeker makkelijker maken, maar het zorgt er ook voor dat je niet meteen geneigd bent om Nederlands te praten. Doordat we met z’n allen nu letterlijk afhankelijk waren van handen en voeten, ging het leerproces eigenlijk sneller.

Ook hebben we jongeren vanuit de Stichting Jong Zwijndrecht tijdens hun ‘maatschappelijke diensttijd’ ingezet. Zij werden het kletsmaatje van de barista’s in spe. Want met alleen een kopje koffie aangeven ben je nog geen gastvrouw, daar hoort ook een praatje maken bij en een open houding. Als je dan de taal nog niet helemaal machtig bent, kan dat lastig zijn. De jongeren hielpen de moeders met het opstarten van zo’n praatje. Omdat de kinderboerderij een plek is waar veel mensen wekelijks terugkomen, werd dat al snel steeds makkelijker. Dus de vrouwen leerden de taal, een vaardigheid én kregen een groter sociaal netwerk in Zwijndrecht. Dat gaat ze hopelijk helpen straks bij het vinden van betaald werk: hoewel het nu door corona nog lastig is in de horecabranche.

Trots
Toch is dit vrijwilligerswerk een mooi opstapje. Een van de vrouwen is moeder van vijf kinderen en woont in een piepklein flatje in de stad. Ze kan de eindjes maar net aan elkaar knopen. Na de cursus kwam ze elke dag als gastvrouw naar de kinderboerderij. Dankzij haar doorzettingsvermogen kon ze met de vrijwilligersvergoeding aan het einde van de zomer nieuwe kleren kopen voor haar kinderen. Ze vertelde me trots dat ze zo een stukje onafhankelijkheid terug had gekregen omdat ze niet meer naar de kledingbank hoefde.

Wat ik bijzonder vind, is dat we nu ook de Eritrese mannen bereiken. Dat is een lastige groep, maar ze zijn nieuwsgierig naar de mogelijkheden. Laatst vroegen ze of we een voetbalwedstrijd kunnen organiseren. Natuurlijk, maar dan mogen ze het zelf regelen, teams samenstellen en het bekendmaken in de buurt. Zo doen we het echt samen en betrekken we elkaar bij onze gemeenschappen. Ik ben heel benieuwd wat hier verder uit gaat komen. Het maakt het hoe dan ook weer een stukje leuker in onze samenleving!”